Nederland hoeft zich niet te laten meeslepen in de internationale wedloop om steeds grotere en duurdere AI-taalmodellen. Dat is de kernboodschap van een nieuwe deepdive-studie van Invest-NL en ROM Nederland. Niet de schaal van de modellen, maar de kwaliteit van data, energie-efficiënte hardware en betrouwbare infrastructuur bepalen waar de volgende generatie AI wordt ontwikkeld én toegepast. Juist daar heeft Nederland een voorsprong, als we nu durven kiezen voor een eigen AI-koers.
De studie, geschreven door AI-expert Stefan Leijnen, laat zien hoe de wereldwijde AI-ontwikkeling opschuift richting systemen die leren via sensoren, robotica en interactie met de fysieke wereld. Deze modellen moeten zuinig omgaan met energie en privacy respecteren. Het zijn precies die eigenschappen die passen bij de Nederlandse hightech sterktes: hoogwaardige industriële data, sterke kennisinstellingen en een solide digitale en fysieke infrastructuur.
Volgens Leijnen ligt hier een unieke kans voor Nederland en Europa:
De volgende generatie AI draait niet om nóg grotere taalmodellen, maar om modellen die leren via sensoren, robotica en interactie met de echte wereld. Energie-efficiëntie en privacyvriendelijkheid worden leidend en daarin kunnen wij het verschil maken.
Nederlandse AI-kansen in sectoren waar data en fysieke processen samenkomen
Het rapport identificeert kansen voor Nederland:
- Sectoren met een fysieke component, unieke data en hoge adoptiepotentie, zoals wetenschap, hightech maakindustrie, zorg, duurzame energie en landbouwtechnologie.
- Nieuwe datastromen en datamarkten, waar Nederland haar koppositie op het gebied van verantwoorde AI kan benutten.
- Energie-efficiënte AI-hardware zoals fotonica en neuromorphic computing, terreinen waar Europese en zeker ook Nederlandse bedrijven en kennisinstellingen al wereldwijd erkend zijn.
Investeren in schaal en minder versnippering
Om deze kansen te verzilveren is een stevig AI-industriebeleid nodig. De onderzoekers benadrukken dat marktwerking alleen onvoldoende is om de benodigde schaal te bereiken. Nederland moet grotere investeringen mogelijk maken in AI-startups, scale-ups en hardwarebouwers. Dat betekent:
- Kapitaaltickets van € 20–30 miljoen voor software en applicaties,
- Meer dan €100 miljoen voor hardware en foundation-modellen.
- Sterkere Europese samenwerking om versnippering in investeringen, data en infrastructuur te voorkomen.
Daarnaast kan de overheid de adoptie van AI versnellen door zelf als launching customer op te treden, vooral in sectoren met grote maatschappelijke impact zoals zorg, energie, veiligheid en wetenschappelijk onderzoek.
Naar een AI-Gigafactory voor Europa
Een opvallende aanbeveling uit de studie is de verkenning van een AI-Gigafactory: een nationale faciliteit voor energiezuinige edge-AI, lokale rekenkracht en privacyvriendelijke technologie. Zo’n strategische infrastructuur zou een fundament kunnen vormen voor autonome Europese AI-capaciteit, een belangrijk element voor economische groei, maar ook voor veiligheid en het beschermen van Europese waarden.
Strategische koers voor de komende decennia
Invest-NL en ROM Nederland benadrukken dat nu het moment is om te kiezen. Als Nederland inzet op de domeinen waarin het al sterk is, kan het internationaal een bepalende rol spelen. Het rapport toont dat een gerichte AI-strategie niet alleen economisch verstandig is, maar noodzakelijk voor onze toekomstige autonomie.